Boorolie
Boor-, snij-, slijp- en walsolie (boorolie) afvoeren
Boor-, snij-, slijp- en walsolie (beter bekend als boorolie) zijn oliehoudende vloeistoffen die bij de bewerking van metalen en kunststoffen zijn toegepast. En (voor zover nodig) van metaal- en/of kunststofverontreinigingen zijn ontdaan.
Boor-, snij-, slijp- en walsolie bestaat uit olie, water en/of emulsies en verder de oliehoudende fractie die door verwerking van boor-, snij-, slijp- en walsolie is verkregen.

Boorolie bij metaalbewerking
Landelijk afvalbeheerplan LAP3/ Sectorplan 61 Boor-, snij-, slijp- en walsolie
I Afbakening
Boor-, snij-, slijp- en walsolie zijn oliehoudende vloeistoffen die bij de bewerking van metalen en kunststoffen zijn toegepast en, voor zover nodig, van metaal- en/of kunststofverontreinigingen zijn ontdaan. Boor-, snij-, slijp- en walsolie bestaat uit olie, water en/of emulsies.
De oliehoudende fractie die door verwerking van boor-, snij-, slijp- en walsolie is verkregen valt ook onder dit sectorplan.
II Minimumstandaard voor verwerking
De minimumstandaard voor de verwerking van boor-, snij, slijp- en walsolie is scheiden van de olie- en de waterfractie. De minimumstandaard voor de verwerking van vrijkomende de oliefractie is ‘andere nuttige toepassing’ (bijvoorbeeld hoofdgebruik als brandstof of als reductiemiddel in de hoogovens). Hoofdgebruik als brandstof is alleen toegestaan binnen inrichtingen waarin emissiebeperking is gereguleerd in specifieke regelgeving en/of daarop gebaseerde vergunningen. Het voorgaande betekent dat verwerken van boor-, snij, slijp- en walsolie tot brandstoffen voor motoren van voer- en vaartuigen niet is toegestaan. Hiertoe worden in vergunningen van verwerkers van boor-, snij, slijp- en walsolie zo nodig sturingsvoorschriften opgenomen om afzet als brandstof voor motoren van voer- en vaartuigen of andere mobiele toepassingen of vormen van inzet buiten inrichtingen te voorkomen.
Als alternatief voor afscheiden van de oliefractie is inzet van de emulsie als reductiemiddel bij hoogovens eveneens toegestaan. In alle gevallen is de minimumstandaard voor de waterfractie die ontstaat na verwerking van boor-,, snij, slijp- en walsolie lozen na zuivering.
Zie voor verdere informatie Sectorplan 61 (onderdeel Landelijk Afvalbeheerplan LAP3)
Indicatief overzicht van Euralcodes:
12.01.08; 12.01.09; 13.01.04; 13.01.05
Onze acceptatievoorwaarden vindt u hier